Zowaar is dit jaar de hele familie bij elkaar; wat gaan we doen? , roepen ze in
koor; de ene helft kiest voor tjotteren en de andere helft gaat een rondtrip
maken om het Slotermeer. Rob van de SFT neemt z’n mobiel op met de directe
vraag: hoeveel boten? Graag voor morgen twee tjotters met elk een e.b.b.
motor. De weersvoorspellingen beloven ideaal zeilweer met een subtropisch
briesje uit N.O. richtingen. De volgende ochtend staan vijf familieleden op de
stoep van de SFT botenloods . Rob en Wilma ontvangen ons met Oranjekoek en
een Palaver over de te zeilen route. We kiezen voor de Poelenroute zoals
uitgezet door de VVV Waterland Frl. Op de routekaart staan vier poelen met
(diep)Friese namen, verbonden door slootjes met een max. diepte van 50 cm
en een doorvaarthoogte van 95 cm. bij bruggen en duikers; de rode stippellijn
op de kaart geeft de kanoroute aan; invaarten worden aangegeven met bakens
op de wal. Simpel toch? Unaniem besluiten dit waterrijk gebied even ten
westen van Heeg te gaan ontdekken. De Wink en de Hoannemosk liggen al
klaar om met gestreken masten door Heeg te motoren. Bij de eerste
(draai)brug, De Syl, ligt een scherpe bocht en deze moet “klunend” genomen
worden. We hebben veel bekijks vanaf de horeca-terrassen. Vlak achter deze
brug kunnen we de mast en het tuig zetten. Door de Djippe Sleat zeilen we met
een halfwindje via de Rintje Poel naar een *camping aan de Palse Poel . We
leggen de tjotters aan een prachtige kunststof steiger en strijken de masten .
Eerst koffiepauze en een ijsje. Enkele campinggasten hebben veel
belangstelling voor dat (varend)Fries Erfgoed. We kunnen nu enkele obstakels
verwachten en laten de E. Torpedo’s in het water zakken. Heel voorzichtig
varend langs het hoge riet ontwaren we een baken van 3 samengebonden
tentstokken. Dit moet de invaart zijn naar de Schuttel Poel; een meertje dat zijn
bekendheid ontleent aan het voormalig woonhuis van een bekende
parlementariër. Aan een paar zwemmers aldaar vragen we de vaart naar
Idzegea. Zij wijzen naar een gaatje in de rietkraag van dit “sutterig” meertje; in
kiellinie met de Wink voorop duiken we in een tochtsloot met aan het einde de
restanten van een “dichtzet” . Deze doorvaart is vergeven van de waterplanten
en drijvende rietpollen. In een bocht passeren ook nog twee Suppers op hun
drijvende plastic deuren. Verderop lopen we vast tussen de waterlelies,
dotterbloemen, pompeblêden en waterranonkel. De vaarbomen doen weer
goede diensten . We nemen elkaar bomend en trekkend op sleeptouw totdat
we weer op (be)vaarbaar water zijn . Een boerderij komt in ons blikveld. Een
waarschuwingsbordje wijst ons op de doorvaarhoogte van de twee bruggetjes
bij de opvaart van boerderij “Maatschap Kruis”. Achter ons probeert een
oplopend sloepje de tjotters te passeren. Heel langzaam manoeuvreren we de
bootjes door de betonnen bruggetjes. We moeten de masten helemaal plat
leggen en met het verplaatsen van ons lijf de doorgang te vrijwaren van
schampen. Beide duikers worden soepel genomen. Wel vernemen we dat er
een stroming in deze vaart zit. Op dat moment horen we krakend plastic van
de sloep achter ons. Kennelijk is de doorvaarthoogte van de eerste duiker lager
geworden . Na deze dubbele hindernis zetten we mast en tuig in ’t werk. In dit
slingerrak kunnen we heerlijk voordewind zeilen. Voor ons zien we de Wink
plotseling haar zeilen strijken ; Nog een brug te ver? Wij volgen haar voorbeeld.
Met gestreken masten tuffen de tjotters nog een paar honderd meter verder
om op ruimer water te komen . Op de Idzegaester Poel horen en zien we een
rubberboot met veel lawaai en golfslag rondjes draaien . Plotseling duikt die
waterrekel op volle snelheid de sloot in waar de Wink juist uitvaart . Net op tijd
slaat die helse motor af. De Wink duwt dat grijze monster opzij . Opnieuw
probeert deze snelheidsduivel met een volgend rondje dezelfde stunt uit te
voeren maar andermaal is het de volgende tjotter die de invaart verspert. Van
de schrik bekomen gaan we voor anker. Het meer is weer voor ons. De helft
van de bemanning springt overboord . Lekker afkoelen en opdrogen in de zon.
De andere helft maakt de bootjes zeilklaar. De wind is iets aangetrokken en
zelfs geruimd. We zeilen richting de Burd en zien de kerktorens van Heeg
dichterbij komen. Het is hoogseizoen voor de zeilscholen en dat zien we aan de
vele slierten polyester bootjes die op sleeptouw worden genomen richting de
Bird. De zeiljeugd kijkt met enige verbazing naar die twee ouderwetse houten
bootjes met die ovale deuren aan de zijkant . Nog opvallender is die oude man
met vier sportieve jonge dames heel relaxt hun museumscheepjes voorbij zien
zeilen. Vlak voor de brug van de Weisleat draait de wind in een vlaag 180
graden. We maken een “stormrondje” terwijl we gebruik maken van de kracht
van de E.Torpedo. Voor de laatste keer strijken we zeil en mast. Het is druk in
Heeg met al die sloepkes. Goed uitkijken bij de draaibrug. Een “”oversized””
sloep drukt ons tegen het remmingswerk. Voor toeristen op de beide terrassen
bij de Syl is het genieten geblazen op deze super AA locatie! Eenmaal op het
Heegermeer laten “gekuifde” golven de neuzen van de tjotters lekker snuiven.
Nog snel om de visstokken, langs het strand en om het havenhoofd van
Pharshoeke varen en dan kunnen deze tjotters tussen hun soortgenoten
uitrusten . Rob komt ons alweer verwelkomen. Hij zag ons bij de laatste brug.
Alweer zo’n mooi zeildag beleefd. Dat smaakt naar meer en óók de inhoud van
die doos Oranjekoek voor de nasmaak. ……..
S.F.T : Recht zo die gaat!
Beleefd door Menke, Berber, Renske, Femke en Bram de Smit …..14-8-2025
